Home Kennis De eerste contouren van de 'nieuwe' Wet dba?

De eerste contouren van de 'nieuwe' Wet dba?

24 juli 2017
Peter Mauser
en
Annette de Jong

De Wet deregulering beoordeling arbeidsrelaties (Wet dba), die erop gericht is om schijnzelfstandigheid te voorkomen, kent geen vliegende start. De handhaving van de Wet dba is opnieuw opgeschort; in ieder geval tot 1 juli 2018. Achter de schermen wordt hard gewerkt aan een alternatief. Naar aanleiding van het op 22 mei 2017 gepubliceerde ambtelijke rapport met varianten voor de kwalificatie van de arbeidsrelatie, heeft de Minister van SZW op 27 juni 2017 de door de vaste commissie van Financiën gestelde vragen beantwoord en is de wet op 29 juni 2017 opnieuw besproken in de Tweede Kamer. Waar staat de ZZP’er op dit moment en is sinds ons blog begin dit jaar al (meer) duidelijk waar we naar toe gaan?

Wat zijn de voornaamste knelpunten?

Met de Wet dba is de VAR-verklaring per 1 mei 2016 afgeschaft. Opdrachtgevers ervaren daardoor onzekerheid, zij worden niet langer gevrijwaard voor de afdracht van belastingen en sociale premies voor de door hen ingehuurde zzp’ers. De door de Belastingdienst ter beschikking gestelde of goedgekeurde ‘modelovereenkomsten’ die voor de VAR in de plaats zijn gekomen, vormen geen sluitend alternatief. Het bestaan van een fictieve dienstbetrekking ligt op de loer, met alle gevolgen van dien. Direct gevolg daarvan is dat de circa miljoen zzp’ers in Nederland merken dat zij sinds de invoering van de Wet dba minder worden ingehuurd.

Is een oplossing van de knelpunten in zicht?

Door de opschorting van de handhaving van de Wet dba krijgen zzp’ers en opdrachtgevers in elk geval tot 1 juli 2018 geen boetes of naheffingen als achteraf geconstateerd wordt dat er sprake is van een dienstbetrekking, kwaadwillende opdrachtgevers daargelaten. Aan hen kan wel een naheffing en boete worden opgelegd. In de tussentijd wordt hard gewerkt aan een alternatief.

Ambtelijk rapport

Op 22 mei 2017 is er een 116 pagina’s tellend ambtelijk rapport uitgebracht over de uitvoering van de Wet dba en de kwalificatie van de arbeidsrelatie: wie wordt er nu wel en wie wordt er niet als een ‘echte’ zzp’er gezien? De werkgroep bevestigt de reeds in de praktijk getrokken conclusie dat de huidige handhaving geen bestendige oplossing is. In het rapport zijn vervolgens tien mogelijke varianten uitgewerkt voor het beleid ten aanzien van arbeidsrelaties. De oplossingen zijn verdeeld in twee groepen: een oplossingsrichting waarbij de Wet dba kan worden uitgevoerd zonder dat andere wettelijke criteria aangepast hoeven te worden en een oplossingsrichting waarbij er (vooral arbeidsrechtelijke) wettelijke criteria moeten worden gewijzigd. De varianten zijn als volgt:

I Varianten die zien op uitvoering/handhaving Wet DBA

A: Overgaan tot handhaven (nuloptie)

B: Oordeel over de status van een arbeidsrelatie (OSA)

C: Criteria voor het mogen gebruiken van een modelovereenkomst (variant-Boot)

D: Rechtsvermoeden voor het ontbreken van een dienstbetrekking

II Varianten die een wijziging van de wettelijke criteria vereisen

E: Nadere invulling van het criterium ‘persoonlijk verrichten van arbeid’

F: Fictieve dienstbetrekking met uitzondering voor ondernemers

G: Sectorale eis van arbeidsovereenkomst

H: Opt-out van de loonheffingen en de werknemersverzekeringen

I: Ondernemersverklaring

J: Gelijke beloning opdrachtnemers en werknemers

De aan deze varianten verbonden voor- en nadelen zijn in het rapport schematisch weergegeven. Hoewel de varianten goed doordacht zijn, biedt geen van deze varianten in onze visie een pasklare oplossing.

Nadere vragen

Uit de beantwoording van de vragen naar aanleiding van het ambtelijk rapport blijkt dat de in het rapport genoemde varianten tegelijkertijd kunnen worden ingevoerd, maar dat sommige combinaties vanuit het oogpunt van logica en complexiteit van het systeem minder voor de hand liggen.

Verder is nader ingezoomd op de vraag waarom er geen variant in het rapport is opgenomen waarbij er buiten dienstbetrekking kan worden gewerkt, zodat er voor de opdrachtgever wel de mogelijkheid is om aanwijzingen te geven. Denk aan de groep van tekstschrijvers, musici, cameramensen, etc. In antwoord op deze vraag is gesteld dat deze groep een beroep zou kunnen doen op de voorgestelde opt-out (Beleidsvariant H), waarbij voor de bovenkant van de arbeidsmarkt de keuzemogelijkheid bestaat om schriftelijk met de opdrachtgever/werkgever af te spreken dat de werkzaamheden niet onder loonheffingen en verzekeringsplicht van de werknemersverzekering vallen.

Komt de VAR terug?

Hoewel er nog veel onzeker is, geldt dat niet voor de VAR. De beantwoording van de nadere vragen en de uitlatingen van demissionair Minister Wiebes hierover laten niets aan de verbeelding over: de VAR komt niet terug. De voornaamste reden die daarvoor wordt gegeven is, dat handhaving die uitsluitend gericht kan zijn op opdrachtnemers weinig effectief is. Betere handhaving binnen de VAR is daarom geen reële optie. Overigens is dit in lijn met de bevindingen van de Commissie Boot, die heeft geconcludeerd dat het logisch is dat de wetgever het VAR-systeem heeft afgeschaft.

Alternatieven

Vanuit verschillende hoeken worden alternatieven aangedragen. Zelf denken wij, los van de hiervoor genoemde varianten, als oplossingsrichting aan een vorm van certificering voor ‘echte’ zzp' ers. Een zzp’er zou een dergelijke certificering kunnen krijgen als hij aan bepaalde criteria voldoet, bijvoorbeeld: de zzp’er kan aantonen dat hij op correcte wijze belasting afdraagt, ingeschreven staat bij de KvK en ook daadwerkelijk zelfstandig activiteiten ontplooit. Aan het verkrijgen van de certificering zou ook de voorwaarde kunnen worden gekoppeld dat een zzp’er beschikt over een arbeidsongeschiktheidsverzekering. Dit laatste kan helpen om het grote aantal onverzekerde zzp’ers terug te dringen.

Advies

Waar het uiteindelijk naartoe gaat is nog onzeker. Tot die tijd zullen we het moeten doen met de Wet dba. En hoewel de Wet dba niet wordt gehandhaafd, blijven wij bij ons eerdere advies: opdrachtgevers en opdrachtnemers doen er verstandig aan om zoveel mogelijk in overeenstemming te handelen met de Wet dba en bij het sluiten van (langlopende) contracten voor het inhuren van zzp’ers rekening te houden met mogelijke wijzigingen.

Bronnen

Zie ook onze blogs: