Onlangs vond ons jaarlijkse congres Inzicht in Privacy en Technologie plaats, waar veel aandacht was voor AI. In dit verhaal beschrijven wij enkele uitdagingen bij het gebruik van AI aan de hand van die onderwerpen die aan de orde kwamen tijdens dit congres en het eerdergenoemde normenkader. De aanpak is ontwikkeld door ons AI-team, dat bestaat uit specialisten op gebied van IE-recht, privacyrecht, bestuursrecht en de AI Act. Kennis van de technologie zelf is daarin onontbeerlijk. De teamleden zijn o.a.: Jordi Bierens, Tim Gillhaus, Lars Groeneveld, Maxime Hanhart, Bram Kleinhout en Jeroen Naves (teamleider).
Prompt ‘AI AI Den Haag’
Wellicht leest u dit verhaal wel samengevat door een AI-systeem. Mocht u daar toch al mee werken, u vindt in dit verhaal ter illustratie enkele zogenoemde prompts, tekstopdrachten die in te voeren zijn bij aan generatieve AI-tool naar keuze. Prompt: ‘Maak een parodie op Oh Oh Den Haag , met de titel: “AI, AI Den Haag”’. Dit voorbeeld komt uit een presentatie van de advocaten Lars Groeneveld en Jordi Bierens als onderdeel van het ‘Inzicht in Privacy en Technologie’-congres . Het voorbeeld toont dat de AI getraind wordt met input die mogelijk auteursrechtelijk beschermd is en tegelijk wordt de AI ook getraind in juridische risico’s. De kans is namelijk groot dat een AI omwille van copyrightbeperkingen geen output toont bij de opdracht om de exacte tekst van het nummer van Harrie Jekkers te tonen. Een AI-systeem stemt er wel mee in om een parodie te maken. Dat lijkt weer goed aan te sluiten bij de parodie-exceptie uit de Auteurswet.

Duidelijkheid
Tijdens het eerder genoemde congres waren er twee workshops specifiek over AI: ‘Nieuwe regels voor AI: meer van hetzelfde?’ en ‘Juridische vraagstukken rondom generatieve AI-tools’. “Het is veelzeggend dat de workshops met het woord AI in de titel, het drukst werden bezocht. Iedereen is bezig met de vraag wat AI voor hem of haar kan betekenen en hoe dat juridisch goed in te bedden. Toen ik een paar jaar terug me verdiepte in dit vakgebied ging het over AI die afbeeldingen herkent. Nu zet je er, als je wil, hele presentaties mee in elkaar, wat wij overigens dan weer niet deden”, verduidelijkt advocaat Bram Kleinhout. Hij verzorgde samen met Maxime Hanhart de eerstgenoemde AI-workshop.
Kleinhout: “Er heerst nog veel onzekerheid en dat is begrijpelijk. Zo is er nog geen duidelijke wetenschappelijke of technische afbakening van AI. Bedoelt iemand een algoritme, machine learning of generatieve AI? Ook krijgt het begrip steeds nieuwe betekenis naarmate mogelijkheden van AI toenemen. Ondertussen moet iedereen die nu een toepassing ontwikkelt en in gebruik neemt, straks wel voldoen aan de nieuwe Europese AI Act. Daarin staan weliswaar nieuwe regels, maar veelal gaat het om een nadere invulling van bestaande, open normen. We adviseren dan ook om waar mogelijk nu al voor te sorteren op de inwerkingtreding van de AI Act.”
Prompt ‘Dikke advocaten’
‘Maak een afbeelding van dikke heren gekleed als advocaten die voor een zaal een presentatie geven over AI die geïnspireerd is op de stijl van Theo Broeren en Gerdine Duijsens.’ Wie een AI-systeem vraagt om een afbeelding in de exacte stijl van Broeren en Duijsens zal waarschijnlijk het antwoord krijgen dat omwille van auteursrechtelijke beperking dat niet mogelijk is. Maar er volgt dan wel de suggestie om de AI-tool een kunstwerk te laten maken dat geïnspireerd is door hun kenmerkende stijl. Het voorbeeld komt uit de presentatie van advocaten Lars Groeneveld en Jordi Bierens. “Opvallend genoeg is de generatieve AI op dit punt strenger in de leer dan de Nederlandse Auteurswet. Uit de Nederlandse rechtspraak volgt namelijk dat je stijl niet auteursrechtelijk beschermd is. De weigering om deze opdracht uit te voeren van in dit geval ChatGPT, staat daar haaks op”, zegt Bierens.
Onze advocatuurlijke intelligentie voor de toepassing van Artificial Intelligence

Prompteur
Bierens: “Deze voorbeeldprompt raakt aan een aantal AI-vraagstukken zoals: wanneer bevat een bewerking voldoende eigen creatieve inbreng om geen inbreuk te vormen op het auteursrecht? En is de prompteur vervolgens auteursrechthebbende van de output, de gemaakte afbeelding. In de VS waarschijnlijk niet, maar in China dan weer wel.”
"De inzet en ontwikkeling van AI is in ons land groot en wij adviseren er een breed scala aan cliënten over. Tegelijk is het natuurlijk deel van een internationale beweging, die daarmee nieuwe onzekerheden meebrengt. Want de AI’s draaien veelal op servers in de VS. De informatie die wij erin stoppen, kan een schending impliceren van onze Europese AVG. Om daaraan te voldoen is bijvoorbeeld het Data Privacy Framework belangrijk, waarin de EU en VS afspraken maakten over gegevensbescherming. Maar dat DPF staat momenteel onder druk”, vult Groeneveld aan. Groeneveld en Bierens adviseren net als de rest van het team van Pels Rijcken diverse organisaties over AI. Groeneveld: “Het is daarbij noodzakelijk om als jurist ook de technische kant van AI te begrijpen om er goed over te kunnen adviseren. Doordat we adviseren over concrete toepassingen, doen we veel relevante ervaring op. We verwachten dat de groei doorzet nu de EU recent een wat mildere houding lijkt aan te nemen als het gaat om regulering van AI.”
In een advies in opdracht van het ministerie van BZK van oktober 2023 heeft het AI-team van Pels Rijcken een eerste aanzet gedaan voor een normenkader voor gebruik van generatieve AI bij overheden in de praktijk. Hoe overheden hier in de praktijk mee om moeten gaan, beschrijft de Overheidsbrede visie generatieve AI van begin 2024.
Juridische oplossingen
“Bij de advisering over het gebruik van technologieën als AI is het belangrijk om ook te zoeken naar de juridische mogelijkheden. En die zijn er ook binnen het juridisch kader”, zegt advocaat Jeroen Naves.
“Er wordt vaak met veel enthousiasme ingezet op de ontwikkeling van een toepassing, maar uiteindelijk stelt een bestuurder of directie dan wel de terechte vraag: welke juridische risico’s zijn er eigenlijk? Dat wil je meteen meenemen in de ontwikkeling van de toepassing. Precies daarom ontwikkelden wij een normenkader voor het gebruik van AI. Op basis van een analyse bepalen we eerst welke wet- en regelgeving relevant is voor een specifieke toepassing. Vervolgens bepaal je waaraan al wel en niet wordt voldaan. Het leidt tot een werkagenda met concrete acties die erop gericht zijn om de AI op een verantwoorde manier in de praktijk te brengen. Wij adviseerden al verschillende organisaties op die manier, en de praktijk wijst uit dat dat werkt – onze cliënten die aan AI werkten zijn in staat om de AI op een verantwoorde wijze op te schalen en toe te passen.”
De aanpak die wij ontwikkelden is standaard, en daarom snel toepasbaar. Wel zien wij dat de ene toepassing net iets andere juridische vragen oproept dan de andere. Zo raken toepassingen bijvoorbeeld aan het databankrecht, anderen vooral aan het auteursrecht, de AVG, of contractenrecht. Maar ook de algemene beginselen van behoorlijk bestuur en de maatschappelijke zorgplicht moeten worden meegenomen. Naves: “Momenteel wekt de AI Act veel interesse. Maar die heeft betrekking op een relatief klein aantal AI-toepassingen of soms slechts in beperkte mate. Als het om AI gaat, met de snelle ontwikkeling ervan, is het in zekere zin de kunst om algemene zorgvuldigheidsnomen om te zetten in concrete voorwaarden. Dat doen wij voor cliënten. De AI Act kan daarvoor de inspiratie vormen. En uiteindelijk maken wij er afvinklijstjes van, zodat het praktisch toepasbaar wordt.”

Prompt ‘Conclusies’
De ruim 150 bezoekers van het IP&T-congres kregen nog een laatste prompt mee. Vertaald naar dit verhaal is dat: “Maak een verslag met de belangrijkste conclusies van dit verhaal in de stijl van [vul hier uw favoriete columnist in].”