Op 10 juli 2013 heeft de Raad van State de beroepen tegen het inpassingsplan ‘Westfrisiaweg’ deels niet-ontvankelijk en voor het overige ongegrond verklaard. Dit betekent dat het plan onherroepelijk is en dat van start kan worden gegaan met de aanleg van de Westfrisiaweg.
Het inpassingsplan 'Westfrisiaweg', vastgesteld door provinciale staten van Noord-Holland, maakt aanleg van de N23 Westfrisiaweg mogelijk. Deze weg is ongeveer 40 kilometer lang en loopt van Alkmaar naar Enkhuizen. Om de Westfrisiaweg mogelijk te maken, wordt de N23 deels opgewaardeerd en op deellocaties nieuw aangelegd. Opwaardering van de Westfrisiaweg is noodzakelijk om de bereikbaarheid en de leefbaarheid te verbeteren, de verkeersveiligheid te vergroten en de economische ontwikkelingen in de Kop van Noord-Holland te stimuleren.
Milieudefensie en een aantal organisaties, bedrijven en particulieren hadden beroep ingesteld tegen het inpassingsplan. De belangrijkste bezwaren betroffen de tracékeuze, geluidhinder, effecten op de luchtkwaliteit en op de flora en fauna in het gebied. Alle bezwaren zijn door de Raad van State verworpen.
Een tweede uitspraak van 10 juli 2013, ook over de Westfrisiaweg, betreft de hogere geluidswaarden die het college van gedeputeerde staten van Noord-Holland heeft vastgesteld voor woningen in de buurt van de Westfrisiaweg. Een stichting en twee omwonenden zijn daartegen in beroep gekomen. Ook deze beroepen zijn door de Raad van State ongegrond verklaard.
Liesbeth Schippers, Hanny Geerdink, Roelof Reinders en Aart Jan van der Ven hebben provinciale staten van Noord-Holland in deze procedures bijgestaan.
Bron: AbRvS 10 juli 2013, nrs. 201209433/1/R1 en 201209741/1/R1.