Het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft in zijn arrest van 14 januari 2014 geoordeeld dat er tussen de gemeente Moerdijk en Wilchem geen contractuele relatie tot stand is gekomen op grond waarvan de gemeente gehouden is de kosten voor de opslag en verwerking van het verontreinigd bluswater te vergoeden aan Wilchem. Van aansprakelijkheid van de gemeente jegens Wilchem voor door haar geleden schade op grond van onrechtmatig handelen, uit hoofde van volmacht, zaakwaarneming, misleiding/bedrog/dwaling of wegens handelen in strijd met de redelijkheid en billijkheid is naar het oordeel van het Gerechtshof evenmin sprake. Wilchem dient de door de gemeente aan haar betaalde kosten met betrekking tot de opslag van het verontreinigde bluswater aan de gemeente terug te betalen.
Deze zaak heeft betrekking op de nasleep van de brand bij Chemie-Pack in Moerdijk op 5 januari 2011. Kort na de brand is Chemie-Pack door de gemeente gewezen op haar verplichting om het over het terrein uitgestroomde verontreinigde bluswater op te ruimen. Chemie-Pack heeft vervolgens Wilchem de opdracht gegeven tot het verwijderen en opslaan van het verontreinigde bluswater tot een bedrag van maximaal EUR 300.000. Wilchem heeft het door haar opgezogen bluswater in afwachting van verdere verwerking opgeslagen in het schip de 'Pafos'. Toen het tussen Chemie-Pack en Wilchem overeengekomen bedrag van EUR 300.000 werd overschreden als gevolg van het oplopen van de opslagkosten, en Chemie-Pack niet bereid bleek de oplopende kosten voor haar rekening te nemen, heeft Wilchem haar pijlen op de gemeente gericht en de gemeente aangesproken tot betaling van de kosten die het bedrag van EUR 300.000 te boven gingen. In dit kader zouden tussen Wilchem en de gemeente afspraken zijn gemaakt.
In het door Wilchem tegen de gemeente en Chemie-Pack aangespannen kort geding oordeelde de voorzieningenrechter van de Rb. Breda op 6 april 2011 dat er tussen Wilchem en de gemeente Moerdijk een contractuele relatie bestond. De voorzieningenrechter veroordeelde zowel de gemeente Moerdijk als Chemie-Pack om een deel van het bluswater uit de 'Pafos' te verwijderen en het schip vervolgens gereinigd ter beschikking te stellen aan Wilchem. De gemeente heeft gevolg gegeven aan haar veroordeling en heeft in dat verband aanzienlijke kosten gemaakt. Op 2 augustus 2011 heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch geoordeeld dat van een contractuele relatie tussen Wilchem en de gemeente geen sprake is, maar dat de gemeente jegens Wilchem onrechtmatig heeft gehandeld. In het vervolgens door de gemeente ingestelde cassatieberoep heeft de Hoge Raad het arrest van het Gerechtshof 's-Hertogenbosch vernietigd en de zaak verwezen naar het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.
Het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft opnieuw onderzocht of de gemeente aansprakelijk kan worden gehouden voor de kosten van de opslag van verontreinigd bluswater voor zover deze kosten het bedrag van EUR 300.000 te boven gingen. Het hof vernietigt het vonnis van de voorzieningenrechter van de Rb. Breda, wijst de vorderingen van Wilchem alsnog af en veroordeelt Wilchem aan de gemeente terug te betalen al hetgeen de gemeente ter uitvoering van het vonnis van de voorzieningenrechter heeft betaald.
Op dit moment loopt er met betrekking tot dit geschil een bodemprocedure.
Edward Brans, Willem Braams en Katrien Winterink staan de gemeente Moerdijk in deze zaak bij.
Bron: Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 14 januari 2014, zaaknr. 200.123.114